Funghi, farraige en básteach - Reisverslag uit Killarney, Ierland van Barbara - WaarBenJij.nu Funghi, farraige en básteach - Reisverslag uit Killarney, Ierland van Barbara - WaarBenJij.nu

Funghi, farraige en básteach

Door: Barbara

Blijf op de hoogte en volg Barbara

22 Juli 2014 | Ierland, Killarney

Om vier vannacht zat ik stijf overeind in bed. Ergens in de gang ging er een brandalarm af. Na enig rumoer op de gang was hij weer stil. Langzaam sukkelde ik dan ook weer in slaap om vervolgens om half vijf wederom stijf overeind te zitten vanwege……jahoor! Weer het brandalarm. Ondertussen stond er een Ier op de gang te schelden op degene die het alarm liet afgaan en dat loog er niet om: fecking dit en fecking dat. Maar goed, ondertussen was ik klaarwakker en kon ik niet meer slapen. Ipad dan maar aan om te gaan lezen, kopje thee gezet en de gordijnen opengegooid. Op de golfbaan liepen tientallen herten dartelden konijnen en renden twee vossen achter die konijnen aan. Dat is dan de bonus van het hele vroege wakker zijn: de natuur zien ontwaken.
Om kwart over zeven zat ik in het restaurant aan het ontbijt. Ik zat er helemaal alleen, want normaal gesproken beginnen ze met het serveren van het ontbijt om acht uur. Omdat ik om acht uur in de auto moest zitten, had ik wat geregeld met het hoofd ontbijt. Die vertelde me ook dat het alarm vannacht was afgegaan, omdat er een ‘stupid American’ had staan roken in de gang, vlak onder een rookmelder. Na de eerste keer was hij verderop gaan staan. Maar ja…….daar hing ook een rookmelder. Wat een sukkel!!
Om tien over acht reed ik van de parkeerplaats bij het hotel. Het was ongeveer anderhalf uur rijden naar Ventry langs de West Atlantic Way North. Via Milltown en Castlemain ging ik de R561 op, de weg langs de zuidkust van het Dingle Peninsula. Eenmaal in Dingle was het nog een kwartiertje naar Ventry. Onderweg begon het te regenen en zag ik de mist over de bergen hangen, maar ook over de zee. De golven beukten aardig hard op de basaltblokken in de haven van Ventry. Ik zette mijn telefoon even aan en tegelijk zag ik een gemiste oproep van een Iers nummer en een sms van een Iers nummer. Het telefoontje van het hotel ging erover dat ik een telefoontje had gemist van de bootmaatschappij om te vertellen dat de tocht niet door ging. De sms van de man van de boot vertelde me hetzelfde. De weersomstandigheden waren dusdanig dat het niet verantwoord was de Atlantische Oceaan op te gaan. Even stevig gevloekt in de auto om vervolgens te gaan nadenken wat ik dan ging doen. Eerst even de benen gestrekt in Ventry en een kop koffie gedronken. Daarna de auto weer in de richting van Dingle gestuurd.
In de haven van Dingle was het nog rustig, dus kon ik de auto makkelijk kwijt. Ik liep langs de lokale VVV en zag een bord met reclame voor een korte tocht in het havengebied met de bijna 100% garantie op het zien van Funghi. Dat is een dolfijn die sinds 1983 al in de haven van Dingle ‘woont’. Sinds die tijd zijn er maar twee tochten geweest waarop men Funghi niet gezien heeft. Als ik dan niet de Atlantische Oceaan op kon, kon ik elk geval wel Funghi gaan bekijken. Een plekje aan boord geboekt en nog even verder gelopen door de VVV.
Om half elf vertrok de boot van de piet. Ik dacht dat het rustig zou zijn, maar op het laatst kwam er nog een groep met Franse (irritante!!!!!) meisjes aan boord. Aan boord maakte ik kennis met Venla, een Finse die ook op vakantie was in Ierland. Dit weekend ging ze met 15 vrienden in Dublin vieren dat ze allemaal 40 worden dit jaar. Ze had besloten er een kleine anderhalve week vooraan te plakken.
We voeren weg bij de pier met naast ons een klein rood bootje, ‘The little red punter’. Dit bleek de Funghi-lokker te zijn. Binnen tien minuten hadden we de dolfijn naast de boot zwemmen. Alle Franse meisjes gingen (en bleven) dusdanig staan dat werkelijk niemand anders dan zij ook maar iets konden zien. En zodra de dolfijn aan de andere kant van de boot zwom, gebeurde daar hetzelfde. Dat was knap irritant. Venla en ik besloten actie te ondernemen en namen beide een positie in aan een andere kant van de boot. Nu moest één van ons toch beeldmateriaal kunnen krijgen. En dat lukte ook. De dolfijnlokker had in de gaten dat wij Funghi toch ook wel wilden zien en met ons ook een aantal Duitse mensen. Hij wees naar de stuurboordzijde van het schip en daar begon dus de Franse inval. Ondertussen had hij allang naar ons gebaard dat Funghi aan bakboord zwom. We hadden dus een perfect uitzicht op de dolfijn. Met dank aan de dolfijnenlokker.
Na een kleine zeventig minuten kwam de boot de haven weer in en was de toch afgelopen. Venla en ik besloten samen te gaan eten voor zij de richting Limerick ging en ik Dingle verder ging bekijken. De eerste fish & chips heb ik dus vandaag gegeten, compleet met mushy peas. De vis komt rechtstreeks uit Dingle Bay en het bier voor het beslag uit de lokale brouwerij. Venla en ik wisselden nog even facebookgegevens uit, zodat we de foto’s en filmpjes van elkaar konden krijgen. Altijd leuk om mensen zo te ontmoeten. Ze zocht nog een B&B in de buurt van Limerick, dus heb ik haar het adres van Eileen in Newcastle West gegeven. Wie weet komt ze dus wel in The Orchard terecht vanavond.
Ik besloot Dingle verder te gaan bekijken. Op mijn wandeltocht door de straatjes kwam ik vele toeristenzaken tegen en ineens werd mijn oog getrokken door de goede kleur groen, Lansdown-groen. En ja hoor……eindelijk het goede rugby-shirt van Ierland te pakken. Ik was hem nog nergens eerder tegengekomen. Binnen drie minuten had ik hem betaald en zat hij in mijn tas.
Ik kwam langs de katholieke kerk van Dingle en besloot om een kijkje te nemen. Prachtige gebrandschilderde ramen zorgden voor een prachtig licht in de kerk. Er waren veel mensen in de kerk die in gebed verzonken waren, dus vond ik het niet prettig om een foto te maken. Ik ben even gaan zitten op de achterste kerkbank om te wachten tot iedereen klaar was. Een buslading Amerikanen dacht er echter anders over en kwam luid pratend de kerk binnen en begon alles te fotograferen dat los en vast zat. En dit alles op een volume dat op een markt niet zou misstaan. Uiteindelijk was er iemand die er zat die er wat van zei; ‘Could you fecking shut up? Sorry God.’ Dat laatste kwam er gelijk achter aan en zorgde ervoor dat ik bijna keihard in de lach schoot.
Daarna liep ik door naar de lokale bierbrouwerij. Zij brouwen Creans bier, genoemd naar Tom Creans. Daar was in Tralee dus een hele tentoonstelling over ingericht. Zo kom ik de beste man dus gewoon weer tegen. En wat het bier met de man te maken heeft? Niks, maar ze hadden een stoere naam nodig. En stoer was Tom Creans zeker. Vandaar. De toer door de brouwerij was kort, maar krachtig. Het proeven van het bier na afloop werd (nog) meer gewaardeerd door mij. Het Creans-bier is een soort witbier, alleen wat scherper van smaak. Ik vond het erg lekker.
Na dat ene glas besloot ik dat ik toch echt geen auto moest gaan rijden, dus vervolgde ik mijn speurtocht door Dingle. Ik kwam langs de universiteit, waar ik een bord zag staan met daarop het aanbod dat er workshop Gaelic gegeven werd die middag van half vier tot vijf. Dat leek me leuk, dus besloot ik de universiteit in te gaan. Er was nog ruimte over bij de workshop, dus gaf ik me er voor op. Met vier anderen heb ik in anderhalf uur de eerste beginselen van het Gaelic geoefend: basiswoorden en zinnen, uitleg over grammatica en oefenen op de uitspraak van letters. Ik hoop dat ik het nog weet als ik weer thuis ben an tseachtain seo chugainn. Het is koel om een nieuwe taal te horen en te leren. Ik besloot daarom ook een woordenboek en een oefenboek mee te nemen, zodat ik thuis verder kan met oefenen. En wie weet ooit nog eens op ‘Ierse’ les: dat lijkt me geweldig.
Om kwart over vijf zat ik weer in de auto terug naar Killarney. Het was druk op de weg met touringscars vol Amerikanen. Dat is een soort invasie in de zomer: Amerikanen die Ierland invallen en luid en duidelijk maken dat ze er zijn. Half zeven precies stond de bolide weer op de parkeerplaats van het hotel en kon ik mezelf eruit vouwen. Snel even de tas op mijn kamer gegooid en toen naar de bar voor het avondeten. Sam, de barman, was de eerste die met mijn nieuw verworven kennis van het Gaelic kennis maakte. In vloeiend Gaelic zei ik tegen hem: ‘Conas tá tú, Sam?’ Hij keek verbaasd op en antwoordde: ‘Go han-mhaith, go raibh maith agat.’ En ik begreep het ook nog. Daarna stelde hij de vraag: ‘Céard ba mhaith leat?’ Daar moest ik even over nadenken en met enige aarzeling antwoordde ik: ‘Aon beoir, Guinness.’ Daarna was mijn kennis van het Gaelic eigenlijk wel uitgeput, maar alles dat Sam daarna tegen me zei, ging in het Gaelic en Engels. Dat vind ik dan wel weer leuk, omdat ik zo hoor en leer tegelijk. Bij het verlaten van de pub nam ik afscheid met de woorden: ‘Slán leat, Sam.’ Hij grinnikte, boog en zei: ‘Feicfidh mé ar ball tú, croíúil bean.’
Het werd niet de dag die ik in de planning had, maar uiteindelijk was het zeker een geslaagde dag. Vannacht hopelijk gewoon doorslapen zonder alarmfases en dan morgen naar Cork. Dat wordt lachen, want het hotel ligt middenin het centrum van Cork. Het zal mij benieuwen.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Ierland, Killarney

Barbara

geschiedenisdocent - LWOO coördinator - Master SEN student - Ringer extraordinaire - paardrijder - lezer - Anglofiel - detective liefhebber - Guinness

Actief sinds 12 Juli 2014
Verslag gelezen: 358
Totaal aantal bezoekers 12756

Voorgaande reizen:

26 December 2015 - 03 Januari 2016

Jeruzalem - Yad Vashem studiereis

13 Juli 2014 - 27 Juli 2014

Ierland 2014

Landen bezocht: